referenties
Over Marie-France Geuens haar werk schrijft kunstcriticus Fernand Haerden:
Marie-France Geuens laat op een zeer persoonlijke wijze de natuur in al haar verscheiden vormen aan bod komen. Dit geldt zowel in haar naar abstractie neigende werken, als in de meer figuratieve. Die natuur (niet alleen in de zin van landschap) kan dienen als metafoor voor alle krachten waarover de mens beschikt, en voor alles wat zij als kunstenares op doek realiseert, met name de verbeelding van de organische drang tot overleven, bewegen of veranderen. Het gaat in haar werk om organische structuren die krachtige tekens worden en zich ongedwongen op doek een weg zoeken. Zeer vaak maakt ze daarbij gebruik van het spiegelbeeld, waardoor er geen scheiding maar dubbelheid ontstaat. Een dubbelheid die overgang aankondigt. Vandaar vooral de aanwezigheid van amorfe wezens die in hun ontwikkeling nog diverse kanten uit kunnen. Die dubbelheid wijst ook op grenzen: tussen droom en realiteit/fantasieën en gevoelens, maar kan alleen maar gedijen in een werk dat ontstaat uit vrije subjectiviteit en ongebondenheid. Slechts de regels van het artistieke spel - de beheersing van het vlak - respecterend. Deze kunstenares schildert als coloriste pur sang een werk dat al schilderend groeit en zichzelf verwezenlijkt.
Toespraak kunstcriticusFernand Haerden, CC Casino Beringen, 9 mei 2008:
Over het begrip cultuur bestaat er, zoals u weet, géén éénduidige bepaling of omschrijving. Of beter: bestaan er onnoembaar vele, die alle min of meer de kern raken of een deelaspect ervan beklemtonen. Voor de enen heeft cultuur alleen maar betrekking op het mooie, het schone, het goede (de typisch idealistische opvatting); voor de anderen, onder wie de eminente filosoof Max Wilders, is cultuur veeleer een totaalbegrip, waarmee de hele sociale werkelijkheid bedoeld wordt. Wat het ook zij cultuur ontstaat uit een dialoog, soms uit een conflict van de mens met de natuur. (Cultuur als subjectieve en natuur als objectieve gegevens.) Waardoor de band, de correlatie tussen beide is aangegeven, namelijk: aantrekking en afstoting. Tegenover de natuur heeft de mens, de westerse mens, in de loop der eeuwen een dubbele houding aangenomen. In de oudheid en de middeleeuwen overheersten eerbied en ontzag in een beklemtoning van ethisch-esthetische waarden. Vanaf de moderne tijd (de 16de eeuw) was de drang tot heersen over de natuur, de drang om deze natuur te onderwerpen, er heer en meester van te worden, zoals Descartes zei in zijn Discours de la Méthode (1637), waarin hij zijn beroemde dualisme declareerde en dus poneerde dat de natuur ten dienste van de mens moet staan en alzo de mens het recht verleent haar te onderdrukken, haar voor zijn diensten aan te wenden. Op die manier ontstond een wetenschappelijke en technologische waardenschaal. Welnu, die drang is in de loop der eeuwen nog versterkt, waardoor er tussen cultuur en natuur een wig gedreven werd door mensen die vanuit een overaccentuering van de cultuur, de natuur als een te bewerken, te manipuleren product zijn gaan beschouwen. Hoe deze technocratische benadering aan de kwaliteit van onze natuur geknaagd heeft, is stilaan duidelijk geworden en wordt nu gelukkig ten volle onderkend. Wat is hierbij de rol en de plaats van de kunst (geweest)? Zij heeft als getuige van haar tijd nu eens de ethische/morele/psychische kwaliteiten van de natuur beklemtoond, dan weer de objectieve eigenschappen van de natuur aan bod doen komen. Alle vormen van expressionisme en abstracte kunst enerzijds, impressionisme, realisme en romantiek anderzijds, hebben dat ten overvloede aangetoond. Het is zelfs niet noodzakelijk beide - cultuur/natuur - zo expliciet tegen elkaar uit te spelen. Zouden we zelfs niet mogen beweren dat wat niet in de natuur gedrenkt is, op losse bodem gebouwd wordt? En hebben de mensen die het verst gegaan zijn in hun abstracte en/of minimalistische vormgeving, in hun beginjaren de natuur/het landschap niet als basis gehad? Ik denk hierbij aan Mondriaan en Malevich. Waarom ik dit zeg? Omdat ook de jonge kunstenares Marie-France Geuens, met een opleiding beeldende kunst en toegepaste grafiek aan het Provinciaal Hoger Instituut (Phiko) te Hasselt en een diploma meester in de beeldende kunst, zichzelf in haar werk met die dubbelheid confronteert. Ze confronteert er zich niet alleen mee, maar hanteert effectief zowel de culturele als de natuurlijke component. In die zin zelfs dat ze niet kiest voor deze of gene, al naargelang het moment, maar beide telkens samenbrengt op ieder moment. Ik zie inderdaad hoe in heel haar werk de invloed van de natuur aanwezig is. Zowel in de werken die hoe langer hoe meer geabstraheerd worden, als in de meer figuratieve. En met die invloed bedoel ik niet zozeer de visuele voorstelling van bomen, bloemen, dieren en andere, maar veeleer de krachten die de natuur etaleert en die als het ware als metafoor kunnen dienen voor wat zij als kunstenares op doek (in acryl) realiseert. Met name de organische drang tot overleven, tot bewegen. Het gaat om organische structuren - hoe tegenstrijdig dit ook lijkt - zich slingerend over het doek, die krachtige tekens worden, zich naar boven wringend, de vrijheid opzoekend, want zeer vaak ontstaan ze anoniem aan de basis van het doek, om steeds meer zelfstandig te worden. In die organische groei, als uitbeelding van kracht, zie je tegelijk de wil tot beheersing van het vlak, al was het maar in de wijze waarop ze enerzijds de uitwaaiende beweging tempert, door ze anderzijds in een wentelende/omcirkelende beweging op te vangen. Ze laat zich inspireren door de natuur, zei ik, beter gezegd misschien: ze gebruikt de natuur als motor van haar schilderij. Een natuur waarin de tweedeling dag-nacht, licht-donker vanzelfsprekend zijn. Welnu, opvallend in het werk van Marie-France is dat ze dit vaak in spiegelbeeld opbouwt. Anders gezegd: twee partijen (horizontaal of verticaal) die elkaar aanvullen. Let wel: er is geen sprake van een scheiding, maar van een dubbelbeeld, lijk zonet aangegeven. Een dubbelheid die ook met grens te maken heeft, want ergens - op een bepaalde snede - raken de twee delen elkaar. Die dubbelheid heeft ook te maken met overgang. Vandaar in een aantal werken de aanwezigheid van wezens/lichamen die het stadium van amorfisme net ontgroeid zijn, maar in hun ontwikkeling nog diverse kanten op kunnen. Ik zie dan stammen/lichamen als u wilt, die zich wentelen en kronkelen als het ware, om hun eigen as in een zuivere verticale beweging, zich steeds herhalend, dus niet eindigend. Zoals dikke spatten olie die zich wellustig over een oppervlak bewegen. Dat is een gevolg van het feit dat ze de acryl wel eens als een aquarel durft behandelen, waarbij ze de verf zodanig verdund op doek of papier aanbrengt, dat deze vrij haar weg kan zoeken, zoals water dat doet, zoals zand dat doet. Niet doordringend in, wel glijdend over het oppervlak. Een prachtig voorbeeld hiervan is Magma: een heerlijk werk, waarin - ook hier weer - boomstructuren of noem het gewoon verticale structuren, als compositie-elementen gebruikt worden. De hele achtergrond baadt in een coloristisch-orgiastisch rood en geel, met een voorgrond die zo rijk aan beeld is, zo afwisselend en gedurfd, dat je kan blijven kijken. Ze gebruikt de natuur als motor, zei ik, en schildert op de grens van droom en realiteit, creëert zich een vrijplaats voor haar fantasieën en gevoelens, creëert op doek een sfeer die kantelt tussen vroege morgens of late avond, met een zonnegloed die opkomt of ondergaat. Zulk werk kan alleen maar ontstaan uit een volledig vrije subjectiviteit, die zich alleen maar laat binden door de regels van het spel. En die bepaal je grotendeels zelf. Ik kijk daarvoor naar Duel. Een boeiend duellistisch spel van witte en zwarte korte halen/toetsen/plakjes verf, die ze schijnbaar achteloos achterlaat, maar met veel zin voor ritme plaatst. Je kan hier zelfs niet spreken van drippingtechniek, maar van écriture automatique, waarbij je op zoek gaat naar de structuur, tot je bedenkt dat het een spel is van bewegingen, een spel dat zo ingenieus is als een doelloos spel - pleonasme? - maar kan zijn. Ik zeg ingenieus. Let maar eens op de rode veegjes die als het ware over het doek verspreid liggen, als parels in het zand. Ik kijk daarvoor naar de twee kleinere abstracte werken. Als glasramen zo helder, tegelijk zo gelaagd en gevat in een raamwerk, een raster gelijk. Je moet niet náár het werk van deze kunstenares kijken, maar erdóór. Dan ga je ook vaststellen wat voor een volbloed schilder zij is, een coloriste pur sang, die niet alleen heldere, krachtige kleuren hanteert, maar ook in de donkere tonen fel en contrastrijk kan zijn. Naast die organische werken, die en steeds grotere mate geabstraheerd kunnen genoemd worden, schildert ze ook meer naar de figuratie neigende. Dat zijn in hoofdzaak dieren uit de eigen leefwereld: katten/honden. Waar ze bij een vorige tentoonstelling - enkele maanden geleden - in dit verband werk presenteerde dat zich wat afzijdig hield van de organische, door ze ofwel een compositorische vluchtigheid/lichtheid mee te geven - ik denk aan Aftasting en Het Schaap - (beide erg kleurrijk/nonchalant/eigenzinnig van compositie), door ze ofwel te doen baden in donkere tonen - ik denk aan Beraad en ze als het ware deelgenoot maakte van een verhaal, daar zal ze nu deze onderwerpen contextloos maken. Ze schildert ze met andere woorden zonder voorbedachte rade, doet ze dus uit de bewegingen van de hand groeien. Als schilderend groeit namelijk het uiteindelijke beeld langzaam dicht. Openbaart het zich aan ons in al zijn coloristische gelaagdheid en krachtige lijnvorming. Het doemt werkelijk uit de diepte van het schilderij op. Ogen overvallen ons - vallen ons niet aan - , volstaan om de compositie vol te maken. Vanzelfsprekend is niet elk werk even geslaagd. Daar zal nog hard moeten gewerkt worden, maar daar zie ik deze kunstenares zeker toe in staat. Niet vertrekkend van de stelling: Cogito ergo sum, maar wel van: ik zoek, ik beweeg, ik laat mijn impulsen de vrije loop, komen in haar laatst gecreëerde werken figuratie en abstractie dichter bij elkaar, maakt het in feite zelfs niet zoveel meer uit, omdat ze niet via een voorstelling, maar wel via het schilderen an sich naar oplossingen streeft. Oplossingen die in haar beste werken kracht/poëzie/verbeelding en realiteit genereren. Van harte gefeliciteerd.
Toespraak mental artistic coach Rik Stans, tentoonstelling in open lucht Bree, 26 augustus 2009:
Dag vrienden en vriendinnen van de kunst. Zo beginnen al mijn mailtjes naar jullie toe. En dat zijn jullie ook mijn vrienden en vriendinnen. Vandaag zijn we ook in goed geestelijk gezelschap van Eerwaarde Artur Janssen. Roeland en Blance Heylen komen we ook tegen op kunstige feestjes. Het zijn allemaal persoonlijke vrienden van Rina en Roger en Marie -France. Ook aanwezig is Nadine de Cock. Zij is voorzitster van de cultuurraad van Bree. Nadine welkom onder ons. Gisteren heb ik een mooie foto en aankondiging gezien in het Belang van Limburg. Dat heeft ongetwijfeld bijgedragen tot het succes van deze dag. Patrick Brebels, journalist bij deze krant, zorgde voor de nodige publiciteit. Patrick bedankt hiervoor. Iedereen bedankt voor de inzet van de tentoonstelling vandaag. Ik kijk nu heel even in de richting van Rina. Iedereen weet wel waarom. Ik zal het plaatsen onder de noemer van passie en gedrevenheid. Nog even en het schilderseizoen 2009-2010 gaat weer beginnen. Vandaag hebben we met een cursistenexpositie het zomerseizoen afgesloten. Het is een prachtige zomer geweest. Men spreekt zelfs over de mooiste zomer ooit. En ook dit jaar hebben we mogen genieten van de gastvrijheid van Rina, Roger en Marie-France, onze lerares. Voor velen onder ons is het telkens een aangenaam gebeuren om wekelijks op woensdagavond in een aangename omgeving kunstig te mogen genieten van de lessen van Marie -France en de Bourgondische omkadering die verzorgd wordt door Rina. Ook Manu mag ik niet vergeten. Kunstenaar, leraar en muzikant onder ons. Door het creëren van deze mooie ruimte kunnen we niet enkel schilderen, maar verlagen we ook de drempel in omgang met elkaar, en is er de mogelijkheid tot een goede babbel en een luisterend oor. Alle aspecten van het leven, de minder mooie, ziekte, overlijden van een dierbare, familiale problemen, zorgen die je maakt over je kinderen... Het leven zoals het is. Maar ook de mooie realiteit kan hier geuit worden. Het behalen van een rijbewijs en de aankoop van je eerste auto. De geboorte van een kleinkind. Het vinden van een nieuwe job, het huwelijk van je broer in een ver land, je verjaardag na 12 uur Jaak. Inspiratie tot schilderen haal je immers uit het leven zelf. Er zijn leden die ons verlaten, maar er is ook nieuw artistiek talent op komst. Voor allen wensen we hen veel inspiratie toe. Daarom zijn we hier vanavond samen. Om het seizoen af te sluiten en om het nieuwe seizoen te lanceren. Graag toasten we op ons allen. Dat we nog lang menig schildersborstel mogen hanteren en de kunst een warm hart mogen toedragen.
Toespraak mental artistic coach Rik Stans, pensionaat Bree, 1 mei 2009:
Dag vrienden en vriendinnen van de kunst en daarbij heb ik denk ik iedereen hier aanwezig vernoemd. Welkom allemaal hier in Bree in het Pensionaat. Vanaf vandaag kunnen we aan kunstbeleving doen via de werken die hier tentoongesteld worden. Straks hebben jullie ook de mogelijkheid om zelf een werk aan te schaffen via onze veiling Deze veiling zal geleid worden door een bekend kunstcriticus Fernand Haerden. Fernand zal met een scherp oog voor details de kunstwerken voorstellen. De opbrengst zal gaan naar de stichting Aman -Iman wat water is leven betekend. Abakoula de oprichter van deze stichting hier aanwezig wil steun geven aan zijn mensen die wonen in zijn dorpje Inadougoum. Dat dorpje met zijn 3000 inwoners ligt in het zuiden van Niger in het midden van de woestijn, bij ons beter gekend als de Sahara.Niger is dus een Afrikaans land dat begrensd wordt door landen zoals Algerije, Libië en ook Nigeria. Men heeft vooral behoefte aan drinkbaar water en de bestrijding van de gevolgen van het drinken van onveilig drinkwater. Vooral kinderen zijn hier dikwijls het slachtoffer van. Dus weet dat als je straks de unieke kans krijgt om aan een zacht prijsje een uniek kunstwerk te kopen dat de opbrengst naar het goede doel gaat. En als we spreken over Afrika dan spreken we ook over ritme. En als we spreken over ritme dan horen we een enthousiaste groep djembe vrienden en dit onder leiding van Jos Vrinsen. Sangoma is hun naam en Afrikaanse percussie is hun specialiteit. En zij voelen zich verbonden door muziek. Jos bedankt om vandaag hier met je groep aanwezig te zijn. Verbondenheid is ook het thema dat deze werken samenbrengt. Een groepje van 12 kunstenaars onder leiding van Marie-France onze meester in beeldende kunsten staan in voor deze creaties. Hier beneden in de kapel vind je werken onder het thema verbondenheid en in de andere lokalen boven de kapel kan je genieten van nog meer kunstwerken. Daar kan je ook de werken terug vinden die straks per opbod verkocht worden. Kunst en cultuur zijn doorgaans traag ook al tonen ze soms de hectische toestanden van deze tijd. Hier en nu meteen, het had al moeten gebeurt zijn, omdat ik het zo wil zijn accenten van de samenleving waarin wij nu vertoeven. Als je de werken gaat bekijken is dat geen instant gebeuren. Het vraagt een zekere inspanning, nieuwsgierigheid en tijd om inzicht te verkrijgen van wat er zich op het doek afspeelt. Een kunstwerk in huis brengt rust. Je mag altijd één van de kunstenaars aanspreken als je wil weten hoe het tot stand is gekomen. We hebben met veel plezier deze collectie gemaakt. Kunst bindt, kunst troost. Het maken van kunst levert vriendschap op. Het spel van kleur en beweging die ontstaan tijdens het schilderen geeft als uitdaging te zoeken naar evenwicht voor je werk en dus ga je die ook zoeken bij jezelf. En als je die niet vindt kan je terecht bij hen die er meer ervaring in hebben. En zo krijg je niet alleen inzicht in hoe je iets op doek brengt maar ook meer inzicht in je eigen persoonlijkheid Wij als mensen worden het meest geraakt door herkenning of confrontatie met onszelf. Vandaar dat kunst subjectief is. U als toeschouwer beslist de waarde. Kunst kun je naar mijn idee het best beoordelen door met je gevoel en emoties waar te nemen. Laat niemand je iets wijs maken. Wat je hart raakt is kunst. Kunst bindt Het maken van kunst en cultuur stellen hart geest en zintuigen open. Menig flesje wijn wordt hier vandaag gekraakt. Menig lekker hapje wordt hier vandaag genuttigd. Maar dit gebeurt ook tijdens de lessen hier in het pensionaat. Vroeger was er hier in het pensionaat ongetwijfeld een streng regime. De lessen zijn nu enigszins wat veranderd. Alles gebeurt nu in een heel gemoedelijke sfeer. Op zomerse avonden doen we zelfs aan nachtschilderen. Nachtschilderen lijkt moeilijk zou je denken...bij gebrek aan licht. Maar onderschat niet de gloed en de warmte van het houtskool die de bron is van menig inspiratie en natuurlijk maken we daar dankbaar gebruik van om een lekker stukje vlees te roosteren. En iedereen is welkom in de groep van Marie -France. Er is nog de mogelijkheid om je in te schrijven voor een cursus. En je leeftijd speelt hier geen rol in. Als kind konden we vroeger allemaal tekenen en schilderen en dat was vanzelfsprekend. Het is met het volwassen worden dat onze fantasie als het ware een stoffig plekje op zolder heeft gekregen. Maar niets belet ons om terug kind te worden. En Marie-France laat je dit graag zelf ontdekken. Ik kan het persoonlijk iedereen aanraden. Vooraleer ik hier mijn toespraak afsluit zou ik toch in het bijzonder iemand willen bedanken. Zij is de steun en toeverlaat van onze kunstgroep. Ze heeft een ongelofelijk talent als manager en is de initiatiefneemster en organisator van deze tentoonstelling. Mag ik een heel warm applaus voor Rina Neelen! Rina Bedankt voor deze mooie dag! En dan laat ik nu graag het woord over aan de manager en burgervader van deze mooie stad Bree en dit al meer dan 30 jaar. Ook hij keek met veel enthousiasme uit naar deze tentoonstelling en verleende ons de nodige faciliteiten om deze dag te doen slagen. Burgemeester Jaak Gabriëls.
Toespraak Jos Claessens, GC De Kroon Bocholt, 30 november 2007:
De tentoonstelling van vandaag toont opnieuw aan dat we niet per se buiten onze provinciegrenzen moeten kijken om inspirerende, creatieve geesten bezig te zien. Integendeel, de discussie rond de zogeheten culturele achterstand van Limburg die al een tijdje gevoerd wordt in de media, blijkt vaak een drogreden om grootstedelijke kernen financieel extra te spijzen. Maar als de analyse goed en grondig wordt gemaakt, blijkt meer dan eens dat Limburg een heel bijzonder waardevol actief en passief heeft aan cultuur in het algemeen en aan kunstproductie in het bijzonder. De kunstenares die we vandaag begroeten, werkt op een eigenzinnige manier aan haar oeuvre. Eigenzinnigheid heeft soms een wat negatieve bijklank, maar binnen de context van creativiteit en scheppingsdrang, is eigenzinnigheid zondermeer positief. Meer zelfs, het is een must die zij zich volledig heeft eigen gemaakt. Deze eigenzinnigheid manifesteert zich voornamelijk in kleurengebruik dat meer is dan louter visuele attractiviteit. Een eminent kunstcriticus zei ooit: Kleur is de verwondering van het licht. Het is een boutade die hier bijzonder op zijn plaats is. In haar werk heeft iedere kleur een betekenis die het visuele overstijgt. De verwondering van het licht is dus totaal. Sta me nog even toe dat ik de Nederlandse dichter Jan Greshoff citeer die stelde dat: Goede schilderijen, ook al noemt men ze landschappen en stilleven, immer en altijd zelfportretten zijn. In deze veelzeggende zienswijze die geen massa productie is en binnen die benadering van schilderkunst, kunnen we niet anders dan vaststellen dat Marie-France een bijzonder boeiende persoonlijkheid heeft, even boeiend als hun beeldende kunsten in hun (aldus Greshoff) zelfportretten.
Toespraak auteur Martin Hinoul, GC De Kroon Bocholt, 30 november 2007:
We trokken dus maar naar de Wetstraat 34 (twee keer 16 plus 2). En het is in die prachtige burelen dat de familie Geuens terug aankomt, deze keer met prachtige schilderijen van Marie-France. Ik moet u niet zeggen dat we het druk hadden op dat kabinet met al die portefeuilles die onze minister gekregen had. Maar wat deed het goed van de prachtige werken van Marie-France te kunnen bewonderen, als we met onze moeilijke dossiers bezig waren. Jouw kunstwerken, Marie-France, en waarschijnlijk om 6 uur ook onze Gumarus (ook van Bree), hebben ons waarschijnlijk over eind gehouden. Ze waren voor ons soms het enige lichtpunt dat we nog hadden. We pinkten dan ook een traan weg als in juni 2003 al de schilderijen terug naar Bree verhuisden. Marie-France van kunstenaars durf ik beweren dat ze zo een beetje gelijken op wetenschappers waar ik nog al wat mee te maken heb in Leuven. Het zijn niet die mensen die bezig zijn met die kleine materiële dingen van iedere dag. Ze zijn bezig met het zoeken naar oplossingen voor vrij moeilijke problemen. Zie die grote wetenschappers die uiteindelijk oneindig complexe problemen omzetten met een potlood en een stukje papier. Ik denk aan Einstein, aan Newton, aan Maxwell, aan Watson Crick... Kunstenaars gaan dat ook doen en zetten hun gevoelens om in kunstwerken. Doen zij niet wat Willem Kloos ooit zo goed uitdrukte wanneer hij sprak van: De aller individueelste expressie van de aller individueelste emotie. Marie-France wij hebben kunstenaars zoals u zo hard nodig. Zeker nu op een ogenblik dat de maatschappij meer en meer materialistisch wordt. Marie-France je bent nog heel jong, je hebt prachtige studies achter de rug. Je hebt al een ganse reeks van prachtige tentoonstellingen achter de rug. Je zat in As in de Sint-Aldegondiskerk, in Bree, Hasselt, Bree, Borgloon. In Bree in de Itterpoort zag ik recent nog een reeks prachtige werken van je hangen. Nu vandaag start je weer eens met een uniek mooie tentoonstelling hier in Bocholt met toch wel vrij unieke stukken. In januari sta je terug in Hasselt en op 9 mei kunnen we je kunststukken weer bewonderen in het casino van Beringen. Je begint stilaan te horen tot dat topgroepje van top kunstenaars van onze provincie Limburg en Vlaanderen. Marie-France je hebt zonder twijfel veel talent, je hebt de inzet, je hebt de ondersteuning van je familie, je hebt je vrienden in Bree en waar maar ook. Mag ik je dan ook vragen van verder hard te blijven werken. Ik twijfel er geen seconde aan dat het beste nog moet komen - The best has yet to come zouden de Amerikanen zeggen. En zoals John Keats zei: A thing of beauty is a joy for ever. Dat kan niet iedereen zeggen als hij iets afwerkt. Marie-France ik feliciteer je met deze nieuwe tentoonstelling en wens je heel veel succes toe voor de volgende jaren.
Toespraak kunstcriticus Fernand Haerden, GC De Kroon Bocholt, 30 november 2007:
Marie-France Geuens is een jonge kunstenares met een opleiding beeldende kunsten en toegepaste grafiek aan het Phiko te Hasselt. In het gemeenschapscentrum De Kroon te Bocholt-Kaulille stelt ze eind 2007 zowel organisch-geabstraheerd als figuratief werk tentoon. Het organisch werk is dikwijls geënt op de natuur. Ze laat zich m.a.w. inspireren door de natuurlijke groei der dingen, de spontane bewegingen die ook in de natuur terug te vinden zijn. Op doek vertaalt zich dit in de grilligheid der vormen, die zich vrij bewegen en ontwikkelen, maar tegelijk ook in de kleurrijkheid van het koloriet, waarin evenwel het zwart niet geschuwd wordt. Zij laat zich inspireren door de natuur, beter gezegd misschien: ze gebruikt de natuur als motor van haar schilderen, maar geeft er een eigen vorm aan, omdat ze die natuur in feite en in hoofdzaak als de woonplaats van haar dromen, haar fantasieën en verlangens beschouwt. Ze vertelt dan ook niet vanuit een rationele houding, waarbij ze zich de vraag stelt: wat zie ik?, maar eerder vanuit gevoelsimpulsen, die haar de vraag ontlokken: wat brengen ze teweeg?, zodat ze elke planning op doek achterwege laat en zich a.h.w. aan het toeval overgeeft. Een toeval vanzelfsprekend dat door artistieke beheersing gecorrigeerd en/of geleid wordt. Ze schildert bijgevolg deze werken met een erg losse pols en behandelt de acryl vaak zoals men een aquarel behandelt: ze brengt met name de verf zodanig verdund op doek of papier aan, dat deze vrij haar weg mag zoeken, zoals water dat doet, zoals zand dat doet. Niet doordringend in, wel glijdend over het oppervlak. Net zoals een droomsituatie aan de realiteit gelinkt is, niet in het licht, maar in een wegglijdende schaduw. Toch schildert ze bijwijlen erg krachtig en dan primeert een haast mannelijke vorm, zoals een aantal boomstructuren duidelijk aantonen. Samengevat kunnen we zeggen dat dit werk met gevoel geschilderd is, mysterieus gelaagd is, want als een kantelmoment tussen droom en realiteit kan beschouwd worden; tevens vertoont het surreële reflexen en neigt weleens naar action painting. Dit lijkt op een amalgaam van technieken, maar is dat niet. Het is ten slotte geabstraheerd en in zijn écriture automatique heel intuïtief. Anderzijds stelt ze in De Kroon ook figuratief werk tentoon. Het gaat dan in hoofdzaak om voorstellingen van dieren uit eigen leefwereld (kat/hond), maar dan ook weer op een heel eigen wijze schilderend verbeeld. Ze laat zich op geen enkele manier beperken door het onderwerp, zoekt dus niet naar fysionomische gelijkenissen. Ook hier zal ze - niettegenstaande de aanwezige figuratie - haar eigen creatieve interpretatie inschakelen en de compositie boven een nauwkeurige voorstelling verkiezen. Ze toont durf, is daarbij krachtig en vooral speels. Werken als Beraad, Aftasting en Het schaap, beantwoorden hier volledig aan. Waar het eerste zich afspeelt in een avondlijke/nachtelijke sfeer, en compositorisch herleid wordt tot een aantal donkere vormen, is Aftasting een spel van geest en zinnen. Een emanatie misschien van een wijze van denken en leven van vele kunstenaars voor wie kunst en de schilderende daad geen uitingen van arbeid zijn - want die is doelgericht - maar een synoniem van creatief spel dat zin in zichzelf zoekt. Ogenschijnlijk heeft de kunstenares in Aftasting dus weinig oog voor vorm, maar wat op het eerste gezicht van nonchalance getuigt (met name de uitgelengde poot), is bij nader bezien een belangrijk element in de compositie. Ook het werk Het schaap heeft al figuratief schilderij lak aan elke vorm van realisme. Je zou het haast kunnen omschrijven als een kleurrijk gebreid schaap, op een heel eigenzinnige en inventieve manier op doek gezet. Het werk heeft iets van de vluchtigheid van een monotype: een afdruk van een origineel, dat een nieuw origineel wordt. Toch is het - ook omwille van de frivoliteit - een door de wol geverfd schaap en dus geslaagd. In het werk van Marie-France Geuens doen zich momenteel twee bewegingen voor: de zgn. abstrahering, die naar het informatieve neigt, en de zgn. figuratie. Ze heeft nog geen keuze gemaakt tussen beiden. Men kan zich afvragen of die keuze wel bewust moét. Immers, wanneer zij definitief haar eigen stijl gevonden heeft, zal blijken dat dit (slechts) mogelijk is geworden door figuratie en abstractie dichter bij elkaar te hebben gebracht. Ware kunst bestaat uit o.m. een symbiose van kracht en poëzie, verbeelding en realiteit. Daar zijn in het werk van Marie-France Geuens nu al duidelijke aanwijzingen van. Alleen hard en regelmatig werken, gedragen door kritische zin, kunnen evenwel zorgen voor de nodige constanten daarin.
Toespraak auteur Ludo Raskin, pensionaat Bree, 14 januari 2005:
Marie-France Geuens mag zich een jonge en recent afgestudeerde Meester in de Beeldende Kunst noemen. Na haar opleiding in het atelier grafiek aan het Provinciaal Hoger Instituut voor Kunstonderwijs in Hasselt begeeft ze zich nu als een zoekende, doorheen andere technieken zoals oliepastel en acrylverf, op de lange en eenzame weg naar een persoonlijke interpretatie van haar gevoelens. (...) Het lineaire karakter van een grafische vormgeving blijft nog opvallend aanwezig in het koloriet van haar oliepastels. Verglijdt haar gekende figuratieve beelding naar een abstractere vormgeving, of is de figuratie hier stilistisch herboren in een organische en plantaardige sfeer als een opvallend vrouwelijk accent in een kleurrijk en verfijnd geheel? Zij moet en kan dit noodzakelijk evolutieproces succesvol doormaken.
Toespraak kunstcriticus Fernand Haerden, Het Mieleke As, 5 juni 2004:
Marie-France Geuens is afgestudeerd aan de Provinciale Hogeschool Hasselt, waar zij Vrije Grafiek heeft gevolgd en Meester in de Beeldende Kunst werd in Toegepaste Grafiek. Zij schildert in acryl en oliepastel. Maakt als grafica etsen en lino's. Haar wereld lijkt mij die van de absolute verbeelding. Los van elke natuurlijke, dus figuratieve voorstelling. Op het eerste gezicht immers zijn haar werken inhoudloos, van vorm abstract. Bij nader toezien ontdek je of ontwar je in het geheel van ogenschijnlijke losse kribbels en krabbels - die in feite evenzovele kalligrafische penseeltrekjes zijn - bepaalde voorstellingsvormen. Nu hoef je die voorstelling niet per se op het spoor te komen en kan je daarzonder evenzeer van dat werk genieten. Trouwens, voor de kunstenares zelf is het scheppen, het maken van dat werk een creatief proces dat meestal doel op zich is. Hiermee bedoel ik dat in een soort van schilderkundige trance, wat men ook écriture automatique noemt, de daad van het schilderen primeert. Vandaar dat deze manier van schilderen - die verwant is aan het Amerikaanse Actionpainting - ook informele kunst genoemd wordt. In plaats van visueel waarneembare voorstellingen gaat het dus ook bij Marie-France Geuens om de ontstane sfeer. Niet altijd is de structuur gesloten of cryptisch, want herken je figuren of dieren. Maar zoals ik zei: het gaat om de handeling en minder om het resultaat. Reeds op de academie manifesteerde zich de dualiteit tussen spontaan groeiende vormen, die je kan relateren aan de verbeelding, en de begrenzende beperkingen opgelegd door de realiteit. Deze dichotomie of tweedeling in een sluitend geslaagd plastisch gegeven ombuigen, wordt de uitdaging. Dit geldt voor Marie-France Geuens des te meer, omdat ze in haar betrachting illustratief ontwerpster van kinderboeken te worden (o.a.) zowel de verbeelding van kinderen creatief moet prikkelen, als de verstaanbaarheid bewaren. In het beperkt aantal werken dat ik van haar in het Mieleke gezien heb, slaagt ze daar volkomen in.
Mental artistic coach Rik Stans naar aanleiding van Marie-France haar verjaardag in 2009:
Hiep hiep hoera! Onze Meester in beeldende Kunsten Marie-France is 30 jaar geworden. De meeste van onze schildersgroep kennen haar via de wekelijkse cursus tekenen en schilderen. Onze kunstenares heeft een zeer eigen stijl van schilderen. Haar kleurrijke werken spatten als het ware de ruimte in. Krachtig kleurgebruik, vaak enkelvoudige thema's, sterke gevoeligheid ondanks schijnbaar rauwe aanpak. Haar dynamische manier van kijken bepaalt voor een groot gedeelte haar werken. En zo hebben we haar ook leren kennen: Als iemand die expressionistisch tot ons spreekt en die zich uitdrukt als een kunstwerk waar je met een spatel de verf laag na laag aanbrengt, net zolang tot er een tafereel zichtbaar wordt. Niet simpel voor beginners zou ik zeggen. En het begin was moeilijk. Met gefronste dichtgeknepen ogen keken we naar composities van bloemen en vazen en gebruikte we onze handen als denkbeeldige meetlatten om het geheel in schaal op doek te krijgen. Persoonlijk dacht ik van mezelf dat ik beter was tijdens mijn periode op de kleuterschool. Waarom heeft een dag 24 uur? Niemand weet het. Misschien heeft het iets te maken met de verdeling van de dag (en later de nacht) in twaalf periodes. Een uur heeft 60 minuten... enfin wij denken dat. Tijd, ruimte, begin en einde zijn begrippen die door ons mensen uitgevonden zijn. Eens de mens verdwijnt, verdwijnen deze begrippen. Marie-France heeft ons doen inzien dat ze haar tijd ver vooruit is. En dat tijd een heel rekbaar begrip is. En ook dat kunst heel rekbaar moet zijn. En kijk nu eens naar onze werken. Wij verrassen ons en onze omgeving met werken die we niet alleen thuis durven ophangen, maar die ook elders gezien mogen worden. Marie-France heeft dus een manier ge-vonden om onze interesse voor schilderen om te zetten in daden. Om het wat lyrisch te om-schrijven: Het spel van kleur en beweging die ontstaan tijdens het schilderen met als uitdaging te zoeken naar evenwicht voor je werk en dus ook onbewust voor jezelf... We zijn immers alle-maal blij als we een goed resultaat kunnen neerzetten. Marie-France alvast een dikke merci hiervoor. Wij hopen nog lang deel uit te maken van uw gezelschap! Nogmaals een dikke proficiat met je verjaardag! Hiep hiep hoera!